In dit artikel bevraag ik een schrijver over zijn werk. Omdat ik denk dat schrijvers, beginnend of ervaren, veel van elkaar kunnen leren.
Gerwin van der Werf
Gerwin van der Werf (1969) is schrijver, literatuurcriticus en muziekdocent op een internationale school. Hij publiceerde zes romans bij uitgeverij Atlas Contact en stond op vele short- en longlists, waaronder die van de Libris Literatuurprijs.
Zijn nieuwste roman, Wilgeneiland, verscheen op 1 oktober 2024.
Interview
1. Hoe ben je begonnen met schrijven en hoe is het je gelukt te debuteren?
Als kind schreef ik stripverhalen, maar als we dat even niet meerekenen begon ik vrij laat, op m’n 37ste. Ik ging meedoen aan verhalenwedstrijden en won een paar keer. Zo kwam ik in contact met mijn huidige uitgever Sander Blom. Verhalen wilden ze liever niet uitgeven, maar wel een roman. Daar ben ik toen aan gaan werken, maar wel met een contract. Dat scheelde wel, met zo’n contract heb je een stok achter de deur én je weet dat ze je boek gaan uitgeven – je hoeft het alleen nog maar even te schrijven. (Dit klopt trouwens niet helemaal, ik had al een deel geschreven.)
2. Wat is volgens jou de grootste uitdaging voor beginnende schrijvers en hoe kunnen zij deze overwinnen?
De euforie die je voelt als je iets geschreven hebt moet je wantrouwen. Als je het na een paar dagen nog steeds goed vindt, dan heb je misschien iets te pakken, dan ga je het herschrijven, en dan aan iemand laten lezen. Een valkuil voor beginnende schrijvers is dat je te vol bent van wat je hebt gemaakt.
3. Hoe combineer je het schrijverschap met het leraarschap? Beïnvloeden deze twee werelden elkaar?
Het is niet te combineren, eigenlijk. Maar wie kan er leven van de pen? Bovendien is docent een belangrijk en relevant vak. Je haalt er snel voldoening uit, wordt gewaardeerd, iets dat met schrijven veel lastiger is omdat de waardering zo lang op zich laat wachten. Maar het wringt wel: ik voel me vaak in beide tekortschieten. Zou ik een betere schrijver kunnen zijn, en meer aan de weg timmeren, als ik niet lesgaf? Begin ik niet een matige docent te worden omdat ik in mijn hoofd met mijn boek bezig ben?
4. Hoe ontwikkel je je personages en wat zijn voor jou de belangrijkste elementen om hen geloofwaardig te maken?
Ik heb geen methode. De stem van het personage moet kloppen (zowel innerlijk als in dialogen), de stem is de uitdrukking van een gedachtenwereld. Als personages hetzelfde klinken wordt het verhaal vreselijk saai, ook al geef je ze paars haar, een Ferrari of een litteken over hun hele gezicht.
5. Ook in je nieuwste roman, Wilgeneiland, wordt het verhaal deels verteld vanuit het perspectief (in de derde persoon) van een tiener. Hoe slaag jij erin om in het hoofd van iemand van die leeftijd te duiken en te zorgen dat zijn denk- en belevingswereld geloofwaardig overkomen?
We zijn het allemaal geweest, 11, 13, 17, 22 enz. Het is mijn favoriete manier van denken: als een jongere, ambitieus en onzeker tegelijk. Moeilijker is het om je in de denk- en leefwereld van een oudere te verplaatsen.
6. Schrijf je volgens een strikt schema of laat je je inspireren door momenten van creativiteit?
Ik kan alleen op zondag en maandag schrijven (en in vakanties). Als ik ga wachten op inspiratie, dan moet ik alweer naar school. Een strikt schema is anders, maar ik moet de tijd die ik heb benutten. Bovendien lees ik veel, dat moet dan in de avonduren. Het helpt wel als je niet televisiekijkt of gaat zitten Facebooken!
7. Wat heb je over schrijven (in brede zin) geleerd dat je graag eerder had willen weten?
Eigenlijk wel een leuke vraag. Nou, dat het steeds moeilijker wordt in plaats van makkelijker. Dat schrijven denken is, en denken is twijfelen, zoeken, mistasten. En: dat je vreselijk kwetsbaar bent wanneer je boek uitkomt.
8. Hoe heb je je eigen schrijfstem ontwikkeld en wat zou je adviseren aan schrijvers die hun eigen stem nog zoeken?
Enkel door te schrijven wat je denkt dat je moet schrijven. Ik vond mijn stem denk ik in mijn tweede boek pas echt, omdat het meer over mij ging en er meer op het spel stond. Tja, advies. Push-ups doen helpt niet. Oefeningen van schrijfcoaches ook niet (kan wel ideeën genereren en leuke invalshoeken geven enz). Je vindt je eigen stem als je schrijft over wat je raakt. Breng je personages in het nauw, maak het ze verschrikkelijk moeilijk en kijk wat ze gaan doen en zeggen en denken. Dan vind je je eigen stem misschien. Ik vertrouw de term ‘eigen stem’ ook niet helemaal. Je wordt zo beïnvloed (ook onbewust) door wat je leest. Als ik te veel Marcel van Roosmalen lees ga ik ook (ongeveer) zo schrijven, terwijl ik denk dat het mijn ‘eigen stem’ is. Maar met klonen van Marcel van Roosmalen kun je in Leiden de grachten dempen, met klonen van Marcel van Roosmalen kunnen ze in Wormer de dijken ophogen. Zie je wel, het gebeurt nu al. Wie haalt Marcel van Roosmalen uit mijn hoofd?
9. Je maakt gebruik van subtiele humor in je romans. Hoe balanceer je humor en serieuze thema’s zonder dat het één het ander overschaduwt?
Nu even serieus, want humor is een serieus onderwerp. Humor maakt het drama alleen maar scherper en schrijnender, ik geloof niet dat ‘te veel humor’ een serieus thema kan ‘overschaduwen’. Humor is geen doel op zich, het is een middel om de tragedie (de onmacht van de mens) bloot te leggen. Het drama komt harder aan als er ook gelachen is.
10. Wat heb je geleerd van het schrijven van columns, dat je kunt gebruiken bij het schrijven van romans? En andersom?
Dat je nooit nooit nooit saai mag zijn, dat je ook bij een boek van 300 bladzijden iedere alinea levendig moet schrijven. Nooit. Saai. Zijn. Er is al genoeg saai proza in de wereld, de wereld gaat aan stomme saaie clichés ten onder! Verras, verbaas, wees vermakelijk, scherpzinnig en precies. Tja, niemand zei dat het makkelijk was...
Recensie
Ik mocht Wilgeneiland alvast lezen en het is beslist een aanrader!
Een bekend adagium is: makkelijk lezen, is moeilijk schrijven. En ja, net als eigenlijk alle romans van Van der Werf, leest ook dit heerlijk weg.
Maar dat betekent niet dat er niets op het spel staat, integendeel. Het is onmogelijk om níet mee te leven met de dertienjarige Natan, terwijl hij zijn weg zoekt in een nieuw leven. Hij wil zo graag iets betekenen, hij wil een groot dichter zijn, hij wil de oplossing vinden van een oud mysterie.
Natan ontmoet Marie, een leeftijdsgenoot en een mysterie op zich. Hij besluit haar te helpen, al is het nog maar de vraag of zij daarop zit te wachten.
“Marie blijft stilstaan voor de staldeur, die is laag en heeft geen klink maar een grendel die je uit een haak moet duwen. Ze legt een vinger op haar lippen. Natuurlijk is hij nieuwsgierig, maar er is een gevoel dat groter is dan dat: hij is uitverkoren. Ze wil iets belangrijks met hem delen, daar werkt ze al dagen naartoe. Ze heeft iemand gevonden met wie ze het kan delen, en dat is hij, Natan. Een ander, minder prettig gevoel verdringt die trots: ze heeft geen vriend nodig, maar een getuige. Een getuige speelt zelf geen rol en is inwisselbaar.”
En dan is er nog buurman Tom, door de dorpsbewoners ‘Jezus’ genoemd. Aalt, de overleden bewoner van de oude woonboot bij het wilgeneiland. En de andere bewoners van Oud Zweiland, stuk voor stuk stugge types, die voor nieuwkomers niet bepaald de rode loper uitrollen.
En voor Natans gezin al helemaal niet.
Wilgeneiland is een roman die ogenschijnlijk onschuldig begint, maar zich vervolgens ontpopt tot een papieren escape room. En ja, ik vraag me nog steeds af of het me is gelukt de oplossing van het raadsel te ontdekken.
“‘Jouw geheim,’ zegt hij dan. ‘Is dat wel een geheim? Iedereen weet dat toch wel?’
‘Vertel jij dan maar wanneer iets een geheim is.’ Ze neemt een slok van de gin, aan haar gezicht valt niets af te lezen. ‘Als niemand het weet? Of als iedereen het probeert te vergeten?’”
Benieuwd? Wilgeneiland is nu te koop in alle (online) boekhandels.
Flaptekst:
De dertienjarige Natan wil het mysterie ontrafelen rond de dood van een kluizenaar die op een woonboot in de Hollandse veenplassen woonde. De dorpsbewoners zitten daar helemaal niet op te wachten, Oud Zweiland houdt de gelederen gesloten en de torenklok wijst hardnekkig kwart voor vijf aan.
Wilgeneiland is een spannende whodunwhat, een roman over vier ontwortelde mensen die proberen grip te krijgen op zichzelf en de wereld.