‘Ik schrijf alleen als ik geïnspireerd ben,’ hoor ik schrijvers wel eens verkondigen.
En dan denk ik altijd: dan schrijf je niet vaak, toch?
Een collega-schrijver vergelijkt inspiratie vaak met een kat: zij komt en gaat wanneer zij wil en laat zich niet dwingen.
Als je daarop wacht om te schrijven, kun je dus lang wachten!
De mythe van de geïnspireerde schrijver
Waarom discipline wint van inspiratie
Hoe bouw je een schrijfroutine op?
Inspiratie is niet waardeloos
Wanneer moet je niet schrijven?
De mythe van de geïnspireerde schrijver
We kennen allemaal het romantische beeld van schrijvers: artisten die wachten tot de muze hen bezoekt. Die alleen schrijven als ze ‘in de stemming’ zijn.
De realiteit is héél anders. De meeste succesvolle schrijvers schrijven gewoon. Of ze nou zin hebben of niet.
Maya Angelou schreef elke ochtend van 7:00 tot 14:00 uur, ongeacht hoe ze zich voelde. Stephen King schrijft 2.000 woorden per dag, elke dag. Haruki Murakami staat om 4:00 uur op om te schrijven.
En ook alle schrijvers die ik persoonlijk ken, die proberen te leven van hun werk, beschouwen schrijven - net als ik - als precies dat: werk.
Geen van hen wacht op inspiratie. Ze doen hun werk.
Waarom discipline wint van inspiratie
Inspiratie is onbetrouwbaar. Ze komt niet op commando en verdwijnt precies wanneer je haar het hardst nodig hebt. (Weet je nog, die kat..)
Discipline, daarentegen, creëert routine. En routine maakt schrijven makkelijker. Je hersenen weten: ‘Ah, het is 8:00 uur, tijd om te schrijven.’
Discipline leidt bovendien tot vooruitgang. Elke dag een stukje schrijven, levert doorgaans meer op dan één keer per maand veel schrijven.
En: Discipline lokt inspiratie uit. Het lijkt misschien paradoxaal maar is echt waar: door te schrijven zonder inspiratie, creëer je de voorwaarden voor inspiratie.
Hoe bouw je een schrijfroutine op?
Goed, je hebt discipline nodig dus. Maar hoe kun je ervoor zorgen dat je de discipline opbrengt om regelmatig te schrijven? Maak het eenvoudiger voor jezelf met een goede schrijfroutine:
Start klein. Niet meteen twee uur per dag, maar begin met tien minuten. Elke dag. Zonder uitzondering. Bouw het vervolgens langzaam op. (Voor zover werk, gezin, huishouden, etc. dit toestaan. Maar je zult zien: er is meer schrijftijd op een dag dan je denkt, als je het maar inplant.)
Kies een vast moment. Voor veel mensen werkt ’s ochtends het beste, voordat de dag je opslurpt. Maar kies wat bij jou past en hou het vol.
Creëer een ritueel. Dezelfde kop waaruit je koffie drinkt, dezelfde plek, dezelfde playlist. Je brein gaat deze signalen associëren met schrijven.
Maak het makkelijk. Zorg dat je schrijfspullen klaarliggen. Haal obstakels weg.
Tel woorden, niet uren. ‘Ik schrijf 250 woorden per dag’ is concreter dan ‘Ik schrijf een half uur per dag.’ En let wel: dit hoeft helemaal niet goed geschreven te zijn, het doel is om woorden op papier te krijgen. De rest komt later.
Inspiratie is niet waardeloos
Voor de duidelijkheid: inspiratie bestaat wel degelijk. En als zij komt, is zij geweldig. Die momenten waarop de woorden als vanzelf uit je vingers lijken te vloeien, waarop je personages tot leven komen, waarop je precies weet wat er moet gebeuren, die zijn magisch.
Je kunt er alleen niet op gaan zitten wachten. (Of ja, dat kan natuurlijk wel, het zal alleen niet snel tot een boek leiden.)
Gebruik inspiratie daarom als bonus. Als je geïnspireerd bent, schrijf dan meer dan je minimum. Schrijf lekker door!
En creëer voorwaarden voor inspiratie. Lees veel, observeer mensen, ga nieuwe plekken bekijken. Inspiratie komt niet uit het niets.
Maar zul je net zien: sta je onder de douche als de inspiratie ineens toeslaat. Geen zorgen, leg het vast. Zorg dat je altijd een notitieboekje of app bij de hand hebt voor plotideeën, dialoogregels, losse observaties of gedachten. Denk niet: ik onthoud het wel. Soms lukt dat namelijk, maar vaker zal het je ontglippen.
Wanneer moet je niet schrijven?
Er zijn momenten waarop je jezelf rust moet gunnen. Als je echt ziek bent bijvoorbeeld. Een verstopte neus is geen excuus, maar echte griep wel. Handige toetssteen: zou je in deze staat je werk afbellen? Nee? Dan kun je prima schrijven.
En is er een echte crisis gaande in je omgeving? Soms heeft het leven voorrang. Dat is oké.
Als je volledig opgebrand bent, heeft schrijven ook niet zoveel zin. Beter een paar dagen pauze dan weken van geforceerd geploeter.
Maar in alle andere gevallen: schrijf!