Onder de motorkap van het schrijverschap
Waardevolle lessen over schrijven van Renate Dorrestein
Ook al ben ik bezig met het schrijven van roman nummer 4, geef ik zelf van tijd tot tijd schrijfles en begeleid ik anderen bij het schrijven van hun roman, ik heb niet de illusie dat ik alles al weet. Daarom lees ik nog regelmatig boeken over schrijven. Op dit moment is dat: Onder de motorkap van het schrijverschap van Renate Dorrestein.
Ik ben het niet met alles wat zij schrijft eens - ik ervaar althans sommige dingen anders dan zij - maar ik wil graag wat ‘wijsheden’ uit dit boek met je delen.
Je zult hieronder dus een wat langer citaat aantreffen. Dat is niet uit luiheid, maar omdat ik vind dat zij het in haar boek op precies de goede manier zegt. En ja, waarom zou ik een schrijver als Renate Dorrestein gaan verbeteren..?
In dit artikel dus:
Onder de motorkap
Schrijfonderwijs in Nederland
Je hoeft niet in het Stedelijk te hangen
Onder de motorkap
Het boek van Renate Dorrestein (ik ga er voor het gemak even vanuit dat je haar wel kent, toch?) behandelt haar visie op de processen, technieken en keuzemomenten die aan de basis liggen van haar werk. Ze geeft in haar boek een mooi inkijkje in de manier waarop verschillende van haar romans tot stand zijn gekomen, soms van het kleinste zaadje, een begin van een idee, tot de roman die het uiteindelijk geworden is.
Ze deelt haar worstelingen, onzekerheden, twijfels, blokkades. Maar natuurlijk ook de blijdschap die je kunt voelen, ook nog steeds met een oeuvre als het hare, wanneer een roman voltooid is en de wereld in gaat.
Daarnaast, en dit is van veel praktischer aard, gaat ze in op de techniek van het schrijven: een kijkje onder de motorkap dus. Het boek is beslist een aanrader!
Schrijfonderwijs in Nederland
Ik wil in deze nieuwsbrief vooral stilstaan bij een punt dat zij aanstipt over schrijfonderwijs. In bijvoorbeeld de Verenigde Staten is het doodnormaal om op universitair niveau schrijfonderwijs te volgen. Daar wordt het gezien als een meerwaarde. Maar hier in ons doe-maar-gewoon-dan-doe-je-gek-genoeg-landje, wordt er nogal eens laatdunkend gedaan over schrijfonderwijs (hoewel: gelukkig steeds minder).
Schrijven, daar heb je alleen maar heel veel talent voor nodig, is de gedachte hierachter. Fictie, wat mij betreft.
Renate Dorrestein schrijft er (in het hoofdstuk ‘Over de grondbeginselen’) dit over:
“In een van de fabels van Aesopus vraagt een dier aan de duizendpoot: ‘Zeg duizendpoot, hoe speel jij het toch klaar om op al die poten vooruit te komen? Dat is zó allemachtig knap van je!’ Bescheiden antwoordt de duizendpoot: ‘Welnee, ik begin gewoon met mijn linkervoorpoot, en dan…’ Hij denkt even na. En nog even. En als hij lang genoeg heeft nagedacht, ontdekt hij dat hij geen poot meer kan verzetten.
Er zijn beginnende schrijvers die bij de gedachte aan de technische kanten van het vak aan dezelfde verlamming ten prooi vallen als de ongelukkige duizendpoot. Toch bestaat meesterschap alleen maar bij de gratie van beheersing.
Het schrijverschap kent vele paradoxen, en een daarvan is dat men het vermogen moet hebben een verhaal met één hand te besturen en het onderwijl met de andere de vrije teugel te geven. Wie alleen maar loslaat, eindigt veelal met onleesbare en structuurloze rotzooi. Anderzijds is het ook beslist waar dat verhalen niet genoeg hebben aan louter technische handigheid. Op het oog mankeert er niets aan zo’n verhaal, maar nadere beschouwing leert dat het tot de zombies uit het koninkrijk der fictie behoort; het mist een hartenklop.
Dat wat men ‘talent’ noemt, is onder meer het vermogen om te onderscheiden waar de vaste hand en waar de vrije teugel benodigd is. Op deze twee pijlers berust het welslagen van fictie, en de een bezwijkt bij ontstentenis van de ander. Het idee van ‘techniek’ hoeft de onbevangenheid overigens niet in de weg te staan: talent is ook het vermogen je de diverse vaardigheden zo gedegen eigen te maken dat je niet eens meer merkt wanneer je die toepast.
Net zoals er methoden van kennisoverdracht bestaan voor het maken van een schilderij of het componeren van een symfonie, zo zijn die er ook voor schrijftechnieken. Er bestaat in Europa weliswaar geen gewortelde traditie van schrijfonderwijs die vergelijkbaar is met het onderricht in de andere kunsten, maar dat is vooral het gevolg van een historische situatie. Vanwege hun propagandamogelijkheden vielen de beeldende kunsten en de muziek van oudsher onder het patronaat van Kerk en Staat. In Florence konden de bestuurders de vaardigheden van een schilder als Giotto goed gebruiken, en daarom stelden ze hem in staat zijn technieken aan anderen over te dragen. Giotto’s schrijvende bijna-tijdgenoten Dante en Boccaccio hadden een dergelijk nut niet voor de overheid - kijken en luisteren kon immers vrijwel iedereen, terwijl maar enkelen het lezen machtig waren - en zij kregen dus geen gelegenheid een school te vestigen. We zijn er, in ons deel van de wereld, dan ook nooit aan gewend geraakt over schrijven te denken in termen van ambachtelijkheid en overdraagbaarheid. Toch is het natuurlijk nergens voor nodig dat elke schrijver telkens opnieuw het wiel zou moeten uitvinden.
Dat is althans de mening van de rekkelijken. De preciezen daarentegen menen dat je gelijkvormig ‘workshopproza’ krijgt, levenloze en voorspelbare eenheidsworst, bereid met behulp van standaardtrucjes en foefjes, als je jonge schrijvers blootstelt aan schrijfonderricht.
Uiteraard neem ik in deze kwestie een afgewogen en doorleefde middenpositie in: van iets leren word je nooit slechter. En als je adequaat gereedschap krijgt aangereikt, ben je juist in staat je te concentreren op het ontwikkelen van een eigen stem en een eigen handschrift, op precies dat wat je werk later zal onderscheiden. Een aankomende meubelmaker schiet ook niet op als hij alleen maar de beschikking krijgt over een zaag en als niemand hem wijst op het bestaan van beproefde houtverbindingen.”
Je hoeft niet in het Stedelijk te hangen
Ik ben het met de analyse van Renate Dorrestein eens. Anders zou ik je er niet zo uitgebreid mee lastigvallen. Het is, als je er wat langer bij stilstaat, buitengewoon vreemd dat we van een beeldhouwer of een macramé-kunstenaar niet verwachten dat diegene van nature begrijpt hoe het moet, welke technieken tot welke resultaten kunnen leiden. We snappen allemaal dat werken met linoleum mogelijk een zeker talent vereist, maar toch op zijn minst ook een behoorlijke uitleg. Waarom zouden we dan van schrijvers wel verwachten dat zij zomaar, zonder enig schrijfonderwijs maar met kennis van het alfabet, begrijpen hoe dat moet, een roman schrijven?
Mijn advies: volg een schrijfcursus, hier of ergens anders, het maakt niet uit, maar zorg dat je in ieder geval de basistechnieken aangereikt krijgt. Echt, het maakt een wereld van verschil.
En dan nog iets:
Als beginnend schrijver zat de gedachte dat goed schrijven alleen maar voort kon komen uit veel talent, mij nogal dwars. Want hoe kon ik weten of ik over voldoende talent beschikte? Het riep bij mij het gevoel op dat tijd besteden aan het schrijven van een roman een groot risico in zich droeg. Het zou allemaal voor niks kunnen blijken te zijn.
Ik hou ook van tekenen en schilderen en heb in het verleden verschillende technieken geleerd van een docent. Nooit ging ik deze lessen in met de gedachte dat mijn kunstwerken in het Stedelijk Museum in Amsterdam zouden moeten komen te hangen, omdat het anders allemaal voor niks zou zijn. Al die tijd en moeite en geld dat ik had besteed aan lessen en materialen, beschouwde ik als welbesteed, ik had er immers plezier aan beleefd. Ik had iets geleerd.
Ik besloot dat dit ook voor schrijven moest gelden. Ik schreef me in voor een schrijfopleiding en toen nog een en toen nog een. En ja, dat kostte alles bij elkaar het nodige geld en tijd en energie en nee, ik wist niet of er ooit een roman van mij gepubliceerd zou worden.
Maar, nou en?
Online schrijfcursus
Schrikt het je af om op een bepaalde tijd en plaats een cursus te 'moeten' volgen? Of wil je laagdrempeliger starten? Dan bied ik een online videocursus roman schrijven. De eerste module (5 lessen) is gratis. Als dat bevalt kan je voor €5 per maand de rest volgen. Als je een beetje opschiet, kan je de gehele cursus voor slechts €5 volgen!
Dank voor dit mooie inzichtelijke stuk!